Depot Boijmans: een artistieke primeur
Een kijkje in het eerste publiek toegankelijke kunstdepot ter wereld
De spiegelgevel van Depot Boijmans van Beuningen straalt je tegemoet zodra je het Museumpark in Rotterdam inloopt. Niet alleen het gebouw zelf is uniek: het is het eerste publiek toegankelijke kunstdepot ter wereld. In dit depot is de volledige kunstcollectie van Museum Boijmans van Beuningen te bewonderen. Meer dan honderdvijftigduizend werken, tentoongesteld in veertien depotruimten onder de perfecte klimaatomstandigheden. Op de bovenste verdieping van het depot prijken vier – of eigenlijk zes – prachtige eikenhouten taatsdeuren met de FritsJurgens hardware erin.
Op 5 november 2021 was het zover: de officiële opening van Depot Boijmans van Beuningen, door niemand minder dan Koning Willem-Alexander. Na de ruim vier jaar durende bouw kregen de eerste bezoekers dan eindelijk toegang tot meer dan 151.000 kunstwerken. Voorheen was slechts een fractie daarvan te bewonderen in Museum Boijmans van Beuningen, waar maar plek was voor 3.000 stuks. Het overgrote deel van de kunstverzameling was opgeslagen en weggestopt in depots, onzichtbaar voor het publiek. In Depot Boijmans is de wereldberoemde collectie inmiddels in haar totaliteit te bewonderen.
Wel kunst, geen museum
Hoewel het depot open is voor bezoekers, heeft het gebouw een andere functie dan het naastgelegen museum. In Depot Boijmans worden geen tentoonstellingen georganiseerd, maar zijn kunstwerken ingedeeld op basis van materiaal en discipline. Bezoekers kunnen zelfstandig of met een gids door de collectie struinen. Doordat het depot een werkgebouw is, krijg je tijdens je bezoek een kijkje achter de schermen van het museumwerk. Zo kun je over de schouders van experts meekijken tijdens het restauratieproces en zie je hoe kunstwerken worden voorbereid op transport. Kies je ervoor om het depot onder begeleiding van een gids te ontdekken, dan krijg je ook toegang tot enkele depotruimtes. Op die manier komt de overweldigende collectie van Museum Boijmans van Beuningen nog dichterbij.
In het depot zijn veertien klimaatgecontroleerde compartimenten ingericht met rekken, stellingen en kasten voor alle verschillende kunstwerken. Er zijn vijf klimaten en allerlei vochtigheidsklassen, om zo de perfecte omstandigheden te creëren voor schilderijen, metalen, organische en niet-organische materialen, zwartwit- en kleurenfotografie. In de depotruimtes worden luchtvochtigheid en temperatuur stabiel gehouden. Vanaf de omloop, de trappen en de lift kun je de kunstwerken vanuit allerlei hoeken bekijken. “Het is net alsof je een bibliotheek binnenstapt omdat je op zoek bent naar een bepaald boek en in plaats daarvan tien nieuwe boeken ontdekt. In het depot is de kans groot dat je positief verrast wordt door kunstwerken die je nergens anders hebt gezien,” aldus museumdirecteur Sjarel Ex.
De grote verhuizing
De verhuizing van alle kunstwerken moest zeer secuur gebeuren, vertelt Sjoerd Voss, projectleider Inhuizing Depot. Toen dit proces in januari 2019 begon, was de collectie van Boijmans verspreid over vijf locaties in Nederland en België. “Van alle stukken kennen we gewicht, formaat, materiaal en volume. Zodra duidelijk was waar de stukken in het nieuwe depot terecht zouden komen, kon het grote puzzelen beginnen. Maar voordat je een museaal voorwerp verplaatst, moet je dit registreren – van het moment dat het opgetild wordt tot de aankomst op de nieuwe locatie. Er kan nooit iets zomaar in beweging komen zonder dat het ergens is vastgelegd. Dat is een eis als je kunstwerken verhuist. Ze zijn niet van jezelf, maar van de gemeenschap,” legt Voss uit.
Om de kunst optimaal te beschermen, zijn alle omstandigheden in het verhuisproces geconditioneerd: van de vrachtwagens tot de losplaatsen. Vervolgens zijn de werken per categorie overgebracht naar de speciale depotruimtes, perfect afgestemd op de klimaateisen van het betreffende materiaal.
Duurzaam hoogstandje
De temperatuur en vochtigheidsgraad in alle klimaatzones worden beheerd vanuit de technische ruimte, vertelt Wout Braber, hoofd Huisvesting en Onderhoud. “De high-techinstallatie in deze ruimte is het nieuwste van het nieuwste. Met water- en luchtbehandelingskasten en bevochtigingsunits creëren we speciale lucht voor de verschillende klimaatzones en compartimenten. Hierdoor is het depot een unieke uitdaging wat techniek en toegankelijkheid betreft. De hele collectie laten zien, dát wordt mogelijk met wat we hier hebben gemaakt. Het mooiste vind ik wat er aan slimme apparatuur in de technische ruimte staat. Als je zo’n duurzaam gebouw weet te realiseren met zulke hoge klimaateisen, is dat heel bijzonder. Daar zijn heel veel mensen heel druk mee geweest. Mooier kun je het niet hebben.”
Bij de constructie van het depotgebouw zijn zo veel mogelijk materialen met een duurzame herkomst gebruikt, zoals gerecycled toeslagmateriaal in het beton. Door de keuze voor innovatieve materialen en technieken is het energieverbruik in het gebouw heel efficiënt. Zo beschikt het gebouw over een warmte-koudeopslag in de bodem en levert een regenwateropslag water voor de daktuin en toiletten. Daarnaast is het depot voorzien van ledverlichting en waterloze urinoirs. Zonnepanelen op het dak voorzien het hele gebouw van elektriciteit. Ontdek meer over Depot Boijmans van Beuningen.
De omgeving weerspiegeld
Het depot is gebouwd in opdracht van de gemeente Rotterdam, naar ontwerp van architect Winy Maas. Hij is medeoprichter van het Rotterdamse architectenbureau MVRDV. Zijn ambitie was om een zo uitnodigend mogelijk publiek depot te ontwerpen waarin bezoekers zich welkom voelen. Concreet was het doel om een laagdrempelig gebouw te creëren dat op een transparante manier laat zien hoe de kunstcollectie wordt onderhouden. Dit is ook de gedachte achter de ronde vorm van het depot: omdat het gebouw geen voor- of achterkant heeft, ziet het er van alle kanten even aantrekkelijk uit.
Onderdeel van de opdracht: het Museumpark, waarin het nieuwe depot zich bevindt, zo veel mogelijk intact laten. In plaats van het karakter van het park te veranderen, moest Depot Boijmans hier een nieuwe relatie mee aangaan. Maas heeft deze eis ingewilligd door het depot een opvallende spiegelgevel aan te meten. Het exterieur bestaat uit 6.609 vierkante meter glas, onderverdeeld in 1.664 spiegelpanelen. Hierdoor is het gebouw transparant en gaat het op in de omgeving van het Museumpark. De spiegelgevel maakt van het depot net een levend schilderij: doordat het z’n omgeving weerspiegelt, oogt het elke dag anders, afhankelijk van de weersomstandigheden.
Rotterdam als kunstcollectie
“Je wilt dat een gebouw zich verzoent met zijn omgeving,” legt architect Winy Maas uit. “Het idee van oneindigheid vind ik heel belangrijk in een park. In de landschapsarchitectuur worden vaker spiegels gebruikt: hierdoor krijg je een uitvergroting van de ruimte. Zo blijft het centrale park van Rotterdam groen en geven de spiegels je het gevoel dat het groot is. De ronde vorm helpt enorm. Je ontdekt langzaam dat je om de hoek kunt kijken, en de hele stad zich voor je ontvouwt.”
“Wat ik ook heel mooi vind aan de spiegels, is dat ze de transformatie van de omgeving laten zien,” gaat Maas verder. “Eerst was deze plek een grijze bouwput en nu wordt het steeds groener. Het depot markeert de ontwikkeling van Rotterdam. Dit is misschien wel de enige stad ter wereld waar elk individueel gebouw iets toevoegt. In de zeventig jaar sinds het bombardement draagt ieder nieuw bouwwerk bij aan de stad. Elk decennium volgens een eigen stijl, als toevoeging aan de collectie van Rotterdam.”
Prijswinnende daktuin
Het depot is zo’n 15.000 vierkante meter groot. Door het hele gebouw is kunst tentoongesteld: van de ingang op de begane grond tot het restaurant met dakterras. Met een hoogte van 39,5 meter reikt het net zo hoog als de museumtoren van het naastgelegen Museum Boijmans Van Beuningen. De groene omgeving waarin het gebouw zich bevindt, komt terug in de daktuin met restaurant. Als je vanuit de lucht loodrecht naar beneden op het depot kijkt, loopt het groen van de daktuin over in het groene Museumpark. De diameter van het prijswinnende dak is 60 meter. De berken, grassen en dennen die hierop zijn geplaatst, helpen water vasthouden, bevorderen biodiversiteit en verminderen de hittestress in de stad.
Op het dak staan in totaal vijfenzeventig Siberische meerstammige berken en een twintigtal dennen. Deze zijn gekweekt op horizontale groei, omdat de wortels in de daktuin maar 60 tot 70 centimeter diep kunnen groeien. De bomen voor dit project werden daarom drie jaar lang in een kwekerij voorbereid op hun nieuwe thuis. Hun wortels zijn onderling verbonden, waardoor ze zelfs op een hoogte van 35 meter bestand zijn tegen stormachtig weer. Bezoekers bereiken de daktuin via een supersnelle lift vanaf de begane grond. Daar worden ze getrakteerd op een adembenemend uitzicht over Rotterdam.
Spectaculair van binnen en buiten
Depot Boijmans won de publieksprijs van de Architizer A+ Awards: een toevoeging aan een reeks awards en nominaties die het succesvolle depotontwerp van MVRDV inmiddels in de wacht sleepte. De prijs werd uitgereikt op basis van duizenden stemmen in de categorie Gallery and Exhibition Space. Daarbij kwam het depot naar voren als favoriet onder vijf finalisten. Maar niet alleen de buitenkant van het depot ziet er spectaculair uit: ook de binnenkant is een belevenis. Voor de inrichting werkte Boijmans samen met kunstenaars John Körmeling en Marieke van Diemen. Beeldend kunstenaar Pipilotti Rist maakte voor buiten een betoverend kunstwerk.
Körmeling ontwierp het interieur, inclusief de verlichting voor de entreehal. De aanvankelijk stenen wand tussen de entreehal en de kunstopslag verving hij door glas. Zo is de cirkelvormige ruimte van het depot bij binnenkomst te bewonderen. In de hal liet hij een vrijstaand balkon plaatsen, dat de ronding van het gebouw volgt. Van Diemen maakte het ontwerp voor The Maze: een driedimensionaal doolhof in het atrium van het depot. Onderdeel hiervan zijn zwevende vitrines waarin kunstwerken en voorwerpen uit de collectie worden getoond. Het atrium bevindt zich op de eerste verdieping van het depot en loopt tot aan het dak van het gebouw.
Tipje van de sluier
Architectuurjournaliste Kristen Hannema ging op ontdekkingstocht in het depot en beschrijft in de Volkskrant haar ervaringen in het atrium als volgt: “Boven je zweeft een tapijt van fonkelende ‘edelstenen’, onder je voeten glinstert zilverwerk en kijk je op een middeleeuws sculptuur. Drie grote glazen liften – twee voor het publiek, een voor de kunstwerken – zoeven langs de metershoge kloof van beton, glas en staal, waardoor trappen als in een tekening van Piranesi omhoog schieten. Dwalend door de ruimte, die naar boven toe steeds wijder en lichter wordt, kijk je van de ene in de andere kluis, en sta je plots oog in oog met een restauratiemedewerker, die een werk op een ‘operatietafel’ onder handen neemt.”
Taatsdeuren op de zesde
De glazen liften brengen je in een mum van tijd naar de zesde en bovenste verdieping van het depot. Hier bevinden zich – naast de technische ruimte – het restaurant en de evenementenruimte. Tussen deze laatste is een loopbrug, waarover je als bezoeker het atrium oversteekt. Deze brug wordt ‘vitrine 13’ genoemd, aangezien ook hier kunst is tentoongesteld. In de evenementenruimte staan vier eikenhouten taatsdeuren met scharnieren van FritsJurgens, vervaardigd door Road Bovenbouw. Deze sluiten de ruimte op een elegante manier af, of maken hem juist toegankelijk. Als er geen evenement is, staan ze open – op 90 graden. Het is een prachtig gezicht als ze alle vier naast elkaar onder dezelfde hoek zijn geopend en zo een indrukwekkend uitzicht bieden op de skyline van Rotterdam.
Samen door één deur
De taatsdeuren zijn per stuk 2 meter breed, 4,5 meter hoog en wegen ongeveer 300 kilo. Toch hebben ze maar een klein tikje nodig om in beweging te komen. Dit is keer op keer een bron van verbazing, vertelt Jeroen Iemhoff. Als salesmanager bij FritsJurgens was hij nauw betrokken bij het Boijmans-project. “Bezoekers zijn enorm geïnteresseerd in de deuren vanwege hun formaat en de soepele beweging. Door de spiegels die erboven zijn geplaatst, lijken de taatsdeuren ook nog twee keer zo groot. Doordat je niets van het hang- en sluitwerk ziet, ontstaat een heel bijzonder effect. Leuk detail: in een van de vier grote deuren zit een kleinere, speciaal voor de horecamedewerkers. Hierdoor kunnen zij de evenementenruimte in zonder de grote deuren te openen.”
Depot Boijmans is in alle opzichten de definitie van een Gesamtkunstwerk: elk onderdeel, van binnen tot buiten en ertussenin, wordt gevormd door het samenspel van verschillende kunstenaars. Van het schitterende ontwerp tot de tentoongestelde werken: elk element speelt een unieke rol in het eerste publieke kunstdepot ter wereld. Zo ook de taatsdeuren van Roord Binnenbouw met FritsJurgens hardware, die met één tikje het stadsgezicht van Rotterdam onthullen, of tijdens een besloten evenement juist een intieme sfeer creëren. Waar je ook voor komt, een bezoekje aan de unieke blikvanger in het Rotterdamse Museumpark vormt het begin van een kunstzinnig avontuur.